25 november 2019
We hebben op onze parken insectenhotels, vlindertuinen en bijenkasten. Dat doen we omdat er veel insecten zijn die in aantallen afnemen, en dat terwijl de natuur deze ijverige werkers zo hard nodig heeft.
Wij hebben ruimte genoeg voor ze op onze parken, vooral met deze aanpassingen:
- Insectenhotels
Deze 'hotels' hebben allerlei verschillende holletjes, kiertjes en gaatjes voor lieveheersbeestjes, spinnen, vliegen, bijen, wespen en mieren. Veel parken combineren het nuttige met het aangename, en maken van het bouwen van insectenhotels een activiteit voor het hele gezin. Zo zijn al prachtige hotels ontstaan! - Vlindertuinen
In vlindertuinen groeien planten waar vlinders nectar uit kunnen halen, en planten waarin de rupsen kunnen verblijven tot ze zich ontpoppen tot vlinder. - Verwilderde delen
We laten onze parken voor een deel verwilderen. Daardoor groeien er meer kruiden en- wilde bloemen en er liggen meer dode takken op de grond. Een uitstekende leefomgeving voor de insecten. En het is ook weer goed voor de biodiversiteit wat de planten betreft.