Zo'n 43 procent van de Nederlandse vakantiegangers zegt in 2022 in eigen land te blijven. Limburg, Gelderland, Drenthe en Zeeland zijn de meest genoemde provincies. De rest van de vakantiegangers blijft vooral in Europa, blijkt uit een groot vakantieonderzoek van de ANWB onder tweeduizend volwassen Nederlanders. Duitsland is met een derde de populairste buitenlandse bestemming. Daarna volgen Frankrijk (24 procent), Spanje (22 procent), België (20 procent) en Italië (16 procent). Het Middellandse Zeegebied is uit, blijkt uit onderzoek van de ANWB.

Volgens de ANWB is de animo om op vakantie te gaan weer even groot als vóór corona. “Nederlanders zijn de afgelopen twee jaar massaal thuisgebleven. Nu wil acht op de tien tenminste één keer op vakantie. Begin 2020 was dat ongeveer evenveel. Bijna twee derde van de vakantiegangers gaat met de auto naar hun bestemming.”

Volgens de ANWB kijken veel mensen nadrukkelijk naar de coronacijfers en -maatregelen in vakantielanden. “Vroeger was er in januari een boekingspiek, maar mensen wachten steeds langer met boeken.” Bij het boeken is de mogelijkheid om kosteloos te annuleren een factor.

In 2020, het eerste coronajaar, halveerde het aantal buitenlandse vakanties tot 11,2 miljoen. Het aantal binnenlandse vakanties kwam uit op 17 miljoen, een miljoen minder dan in 2019. In 2021 was een vergelijkbaar patroon zichtbaar en kozen Nederlanders voor vakantie in eigen land.
De uitgaven aan vakanties en toerisme kelderden ook, van 22,5 miljard in 2019 tot 10,3 miljard het jaar daarop. Vooral aan zomervakanties in het buitenland werd flink minder uitgegeven.